Overslaan en naar de inhoud gaan

Modelverordening inburgering

Laatste update:

Algemene toelichting

De Wet inburgering 2021 is op 1 januari 2022 in werking getreden en vervangt de Wet inburgering (WI). De Wet inburgering 2021 regelt de inburgeringsplicht voor in beginsel alle onderdanen van derde landen (landen die geen lid zijn van de Europese Unie) van 16 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd, die duurzaam in Nederland willen en mogen verblijven.

Het doel van de wet is dat alle inburgeringsplichtigen zo snel mogelijk en volwaardig kunnen meedoen aan de Nederlandse samenleving, het liefst via betaald werk. Om dit doel te bereiken wordt van hen verwacht dat zij:

  1. binnen de inburgeringstermijn van drie jaar het voor hen hoogst haalbare taalniveau bereiken
  2. kennis opdoen over de Nederlandse maatschappij en arbeidsmarkt
  3. activiteiten vervullen gericht op deelname aan het dagelijkse leven

Inburgeringsplichtigen blijven hiermee zelf verantwoordelijk voor het voldoen aan de inburgeringsplicht.

Regierol gemeenten

In de wet staat de regierol van gemeenten centraal. Dit betekent dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor de begeleiding en ondersteuning van inburgeringsplichtigen gedurende de inburgering. Om invulling te geven aan deze rol dragen gemeenten in ieder geval verantwoordelijkheid voor:

  1. de brede intake
  2. het Persoonlijk plan Inburgering en Participatie (PIP)
  3. (het monitoren van) de voortgang van de inburgering

Daarnaast zijn gemeenten verantwoordelijk voor het inburgeringsaanbod. Dit bestaat in het stelsel voor alle inburgeringsplichtigen uit:

  1. de Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP)
  2. het participatieverklaringstraject (PVT)

Bij asielstatushouders bestaat dit aanbod bovendien uit één van de leerroutes.

Tot slot zijn gemeenten verantwoordelijk voor:

  1. de beoordeling of de inburgeringsplichtige die de Z-route volgt voldaan heeft aan de verplichtingen die voortvloeien uit deze leerroute;
  2. de maatschappelijke begeleiding van asielstatushouders;
  3. het financieel ontzorgen en begeleiden van bijstandsgerechtigde asielstatushouders naar financiële zelfredzaamheid;
  4. de handhaving van het meewerken aan de brede intake en de verplichtingen die voortvloeien uit het PIP gedurende de inburgeringstermijn.

Ruimte voor maatwerk

Gemeentelijke taken die uit de wet voortvloeien zijn deels – vanuit het oogpunt van rechtszekerheid en uniformiteit – ingekaderd in de wet en de daarop gebaseerde lagere regelgeving. Er blijft echter ruimte voor maatwerk om taken naar eigen inzicht en met het oog op de lokale omstandigheden in te vullen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de ondersteuning en begeleiding van inburgeringsplichtigen tijdens het inburgeringstraject en het verzorgen van het aanbod aan asielstatushouders. Een door de gemeenteraad vastgestelde verordening bevordert dat het college, de verantwoordelijk wethouder en de gemeenteraad betrokken zijn bij de invulling van de ruimte en daarop invloed en controle kunnen blijven houden. 

Om gemeenten op weg te helpen zijn in de modelverordening een aantal beleidskeuzes en suggesties opgenomen (cursief gedrukt). Deze kunnen, al naar gelang de plaatselijke omstandigheden en voorkeur, een plek krijgen in de verordening. Met andere woorden: wat cursief is opgenomen in de verordening zijn die bepalingen waarin voor gemeenten een expliciete mogelijkheid tot invulling van de wettelijke kaders bestaat, rekening houdend met de plaatselijke wensen en situatie. Dit zijn ook de onderdelen waarop de wetgever heeft beoogd dat gemeenten hier nadere invulling aan geven, om maatwerk mogelijk te maken.

Modelverordening

In deze verordening wordt binnen de wettelijke kaders invulling gegeven aan de gemeentelijke taken binnen het inburgeringsstelsel. Bij enkele bepalingen uit de wet is de lagere regelgeving die deze taken nader toelicht, in de verordening verwerkt. Dit is gedaan om de uitvoeringspraktijk een logisch, samenhangend en compleet overzicht van taken te bieden met oog voor de gemeentelijke uitwerking daarvan. Elke gemeente bepaalt zelf of ze deze keuze in de vormgeving van de eigen verordening al dan niet volgt.

In de verordening is voorzien in de mogelijkheid om een opgelegde boete op grond van de wet te verrekenen met de bijstandsuitkering van de inburgeringsplichtige. Deze mogelijkheid tot verrekening is niet in de wet zelf opgenomen en kan uitsluitend per gemeentelijke verordening, en niet door middel van beleidsregels, worden gerealiseerd.

In deze publicatie kun je de modelverordening downloaden en vind je een toelichting bij de modelverordening per artikel.

Download de Modelverordening inburgering (Word • 61 kB • versie juni 2022)