Overslaan en naar de inhoud gaan

Modelverordening inburgering

Laatste update: 15 juni 2022

Toelichting per artikel

6 Persoonlijk plan Inburgering en Participatie

De gemeente heeft als taak om voor alle inburgeringsplichtigen in haar gemeente een Persoonlijk plan Inburgering en Participatie op te stellen. De gemeente stelt het PIP vast binnen uiterlijk tien weken na de inschrijving van de inburgeringsplichtige in de Basisregistratie Personen (BRP) in de gemeente waar hij of zij is gehuisvest of wordt gehuisvest na het verblijf in het azc. Deze termijn moet de gemeente stimuleren om zo snel mogelijk te starten met de brede intake en het opstellen van het PIP.

Het PIP is een vertaling van de uitkomsten van de brede intake naar een set persoonlijke einddoelen voor de inburgering. Het plan bevat bovendien informatie over de wijze waarop een inburgeringsplichtige aan de inburgeringsplicht moet voldoen. Er wordt van de gemeente verwacht dat zij dit plan zoveel mogelijk in samenspraak met de inburgeringsplichtige opstelt. De gemeente is vrij om te bepalen op welke manier ze hier invulling aan geeft.

Gesprek

In de verordening is ervoor gekozen om een gesprek te voeren over de uitkomsten van de brede intake, de persoonlijke doelen van de inburgeringsplichtige, de leerroute die als passend wordt gezien – en waarom dit zo gezien wordt –, de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige, de verwachtingen van de inburgeringsplichtige en de rol van de gemeente gedurende de inburgering.

Inhoud beschikking

Het PIP heeft de vorm van een beschikking en bevat in ieder geval informatie over:

  1. de leerroute;
  2. de begeleiding en ondersteuning die nodig is om deze leerroute succesvol af te ronden;
  3. de afspraken die gemaakt zijn over (arbeids)participatie;
  4. eventueel: vroeg- en voorschoolse educatie;
  5. informatie over de invulling van de MAP en het PVT;
  6. het aantal voortgangsgesprekken.

Bij statushouders bevat het PIP bovendien informatie over de intensiteit van de leerroute. Van de gemeente wordt verwacht dat zij maatwerk levert en het PIP afstemt op de capaciteiten, persoonlijke situatie en ontwikkelmogelijkheden van de inburgeringsplichtige.

Indien van toepassing bevat het PIP ook een verwijzing naar alle relevante beschikkingen op grond van de Participatiewet die ten aanzien van de inburgeringsplichtige zijn genomen. Het gaat daarbij vooral om de toekenningsbeschikking van de uitkering, de beschikking waarin arbeids- en re-integratieverplichtingen zijn opgenomen en de beschikking met betrekking tot het financieel ontzorgen (voor bijstandsgerechtigde asielstatushouders). De beschikkingen waarnaar wordt verwezen worden ook bijgevoegd. Op deze manier hebben inburgeringsplichtigen een overzicht van al hun rechten en plichten op grond van de wet en de Participatiewet.

Let op: het PIP is een eigenstandige beschikking. Het PIP bestaat naast de beschikkingen op grond van de Participatiewet die eventueel genomen zijn. De opname van een verwijzing naar andere beschikkingen is dus informatief en bedoeld om de samenhang van deze besluiten in het kader van het inburgeringstraject te benadrukken.

Behalve de genoemde afspraken kunnen meer gedetailleerde afspraken eventueel worden vastgelegd in een aparte bijlage die gevoegd wordt bij de beschikking. Denk aan afspraken over het aantal te volgen lesuren en over de cursusinstelling waar de lessen gevolgd moeten worden.

De gemeente stelt het PIP vast uiterlijk binnen tien weken na inschrijving van de inburgeringsplichtige in de basisregistratie personen (BRP) van de gemeente waar hij of zij is gehuisvest of wordt gehuisvest na verblijf in het azc. De termijn biedt aan de ene kant voldoende tijd om de eerste gesprekken met de inburgeringsplichtige te voeren, terwijl het aan de andere kant een tijdige start van het inburgeringstraject garandeert. Een tijdige start is één van de belangrijke uitgangspunten in de wet. De 10 weken termijn is niet vrijblijvend. Als een gemeente binnen de gestelde termijn van 10 weken geen beschikking neemt, dan gelden de regels die voortvloeien uit de Algemene wet bestuursrecht (zie in dat kader artikel 4:14 e.v. van de Awb).

De dag na dagtekening van de beschikking waarmee het PIP is vastgesteld begint de inburgeringstermijn te lopen.  

Verhuizing inburgeringsplichtige

Wanneer de inburgeringsplichtige voor wie de leerroute al is vastgesteld naar een andere gemeente verhuist, is deze gemeente verplicht de eerder vastgestelde leerroute over te nemen. Dit waarborgt de voortgang van zijn of haar taalverwerving. De specifieke invulling van de leerroute, waaronder de keuze voor de cursusinstelling en het aantal lesuren per week, kan door de nieuwe gemeente worden aangepast. De bepaling in artikel 6 lid 6 van de verordening is opgenomen om een compleet beeld te geven van de taken van de gemeente ten aanzien van het PIP. Het komt overeen met het bepaalde in artikel 15 lid 4 van de wet.