Overslaan en naar de inhoud gaan

Factsheet Parttime werk in de bijstand

Laatste update: 19 mei 2019

3 Parttime werk en uitstroom naar werk

Maar … wie parttime werkt, stroomt bijna 3x zo vaak uit naar werk

Bijstandsgerechtigden die parttime werken of (in tenminste één maand) parttime werk hebben gedaan naast hun bijstandsuitkering, stromen bijna drie keer zo vaak uit naar werk dan personen die geen parttime werk hebben verricht. 30,1% van de personen die minstens één maand parttime werk heeft gedaan naast de bijstandsuitkering in 2016 of 2017, stroomde uit naar werk. 1,1% stroomde uit en ging aan de slag als zelfstandige. Onder degene die geen parttime werk hebben verricht waren die percentages respectievelijk 10,5% en 0,8%.

Een samenhang tussen parttime werk en uitstroom naar werk is op meerdere manieren te verklaren. Mensen met een kortere afstand tot de arbeidsmarkt, kunnen makkelijker een parttime- of fulltime baan vinden. Tegelijkertijd zou parttime werk ook een opstap kunnen zijn naar meer uren of meer verdiensten en vervolgens uitstroom naar werk. (1)

De omgekeerde analyse is ook interessant. 43,9% van de mensen die uitstroomt naar betaald werk heeft ooit parttime werk verricht. Voor uitstroom naar arbeid als zelfstandige was dat 28,1%.

Nijmeegs onderzoek: parttime werk = opstap naar betaald werk

Uit een onderzoek van de gemeente Nijmegen en de Radboud Universiteit blijkt dat parttime werk een opstap is naar volledige uitstroom naar werk. De gemeente onderzocht de uitstroomkansen van verschillende groepen bijstandsgerechtigden die parttime werk hadden verricht en vergeleek die met de uitstroomkans van groepen die geen parttime werk hadden verricht. Er werd gecontroleerd voor harde persoonskenmerken zoals leeftijd, geslacht, bijstandsduur, etc. zodat het gevonden effect in hoge waarschijnlijkheid was toe te schrijven aan het parttime werken.

De verschillen tussen groepen in het Nijmeegse onderzoek wijzen dezelfde kant op als in dit Divosa-onderzoek. Maar het onderzoek bevatte nog een aantal extra bevindingen. Bijstandsgerechtigheden met een niet-westerse migratieachtergrond hebben bijvoorbeeld een kleinere kans om parttime te werken dan bijstandsgerechtigden zonder migratieachtergrond of bijstandsgerechtigden met een westerse migratieachtergrond. Maar als deze groep niet-westerse parttime werkt, dan is hun uitstroomkans veel hoger dan gemiddeld. Hetzelfde geldt voor laagopgeleiden in vergelijking met hoogopgeleiden. Het onderzoek adviseert daarom om bij het stimuleren van parttime werk deze groepen extra aandacht te geven. (2)

  1. Een onderzoek van gemeente Nijmegen en de Radboud Universiteit laat zien dat het aannemelijk is dat parttime werk een opstap kan zijn naar uitstroom naar werk. Zie het kader in deze paragraaf voor een korte samenvatting van het onderzoek.
  2. Korstjens, A. (2018) Parttime werken in de bijstand in Nijmegen: Wie werken parttime en wie profiteren sterk van een grotere kans om uit te stromen naar betaald werk? (In opdracht van de gemeente Nijmegen. Het onderzoek maakt onderdeel uit van het experiment met de Participatiewet in deze gemeente).

Inhoud