De Miljoenennota is een goede stap naar beter, maar is het nog niet voldoende. Zolang grote groepen mensen onvoldoende perspectief hebben op een beter bestaan, is er nog werk aan de winkel. Gemeenten staan klaar om hun rol hierin te pakken, maar het Rijk zal de randvoorwaarden moeten scheppen. Dat betekent meer geld en een overheid waar inwoners van op aan kunnen. Dat zegt Divosa-voorzitter Erik Dannenberg in een reactie op de Rijksbegroting voor volgend jaar.

Inkomensondersteuning, vereenvoudiging van het stelsel van sociale zekerheid, een goed lopende arbeidsmarkt en betere rechtsbescherming, stuk voor stuk onderwerpen uit de Miljoenennota die in de kern draaien om een beter bestaan. Veel mensen in Nederland zijn arm, worden daardoor uitgesloten, hebben geen vertrouwen in de overheid of raken op het verkeerde pad. In een zichzelf respecterend rijk land zou het niet moeten kunnen, maar het is helaas wel wat het is, zegt Erik Dannenberg.

Armoede is misschien van alle tijden, maar de armoede is de laatste jaren wel fors gegroeid. Deze zomer kwam de Commissie sociaal minimum met een baanbrekend rapport waarin wordt gepleit voor een investering van 6 miljard, alleen al voor reparatie. We zijn nu een paar maanden verder: in de miljoenennota van het demissionaire kabinet en bij de komende verkiezingen draait het bijna alleen maar om bestaanszekerheid. Het kwartje is gevallen.

Met de 2 miljard voor verbetering van de koopkracht zijn we goed op weg, maar we zijn er nog niet.

Maar dat betekent nog niet dat de maatregelen die dinsdag zijn aangekondigd afdoende zijn. Daarvoor is meer nodig, zegt Divosa-voorzitter Erik Dannenberg. ‘Elke euro die het Rijk hierin investeert is mooi, maar elke euro die het niet uitgeeft doet pijn. En die pijn wordt gevoeld. Armoede doet iets met mensen: ze worden onzeker, raken gestresst, raken er ziek van of ze kunnen vatbaar worden voor ondermijnende criminaliteit. Met de 2 miljard die het kabinet uittrekt voor verbetering van de koopkracht, zijn we goed op weg, maar we zijn er nog niet.’

Veel van de maatregelen die het kabinet op Prinsjesdag aankondigde, hebben direct te maken met bestaanszekerheid. Denk aan het tijdelijke noodfonds dat ervoor moet zorgen dat inwoners hun energierekening kunnen betalen, verhoging van het kindgebonden budget, maar ook aan vereenvoudiging van het stelsel voor sociale zekerheid, waar veel inwoners om allerlei redenen geen gebruik van maken, en preventieve maatregelen om geldzorgen te voorkomen.

Investeren in bestaanszekerheid verdient zichzelf vroeg of laat terug. Het is van groot belang dat de politiek daarvan doordrongen raakt.

Erik Dannenberg vindt het belangrijk te onderstrepen dat bestaanszekerheid om veel meer draait dan dat. ‘Bestaanszekerheid betekent ook dat mensen gezonder worden en geld hebben voor een fatsoenlijke maaltijd. Gezond leven betekent een kleinere kans op ziekten, en dat betekent weer lagere zorgkosten. Met andere woorden: investeren in bestaanszekerheid verdient zichzelf vroeg of laat terug. Het is van groot belang dat de politiek daarvan doordrongen raakt.’

Divosa onderstreept in haar reactie dat inkomensondersteuning een taak van het Rijk is. Gemeenten kunnen hun inwoners op maat ondersteunen, maar daar moet het bij blijven. Ook op andere vlakken moet er een duidelijke scheidslijn zijn tussen de verantwoordelijkheden van Rijk en gemeenten. Denk aan de vereenvoudiging van het stelsel voor sociale zekerheid of aan het hoofdpijndossier rond alleenverdieners. Een oplossing daarvoor is nu eindelijk in zicht, maar ook hier wordt van gemeenten in de tussentijd veel gevraagd.

Een ander belangrijk punt vormen de gemeentelijke financiën, wat van groot belang is voor de uitvoering van het sociaal domein. Gemeenten krijgen er vanaf 2027 structureel geld bij van het Rijk, maar over 2026 wordt niets gezegd. De terugval van middelen voor gemeenten in 2026 bedraagt 2 miljard ten opzichte van 2025. Er komen vooralsnog geen extra middelen om de gevolgen van dit ‘ravijn’ te dempen. De gemeentelijke uitvoering komt daardoor onder druk te staan. Het kabinet schuift dit onderwerp door naar een volgende regeringsperiode. ‘Ook hier was een beter perspectief gewenst.’

Meer informatie