Ondersteuning uit eigen netwerk soms beter dan Wmo

De Wmo-hulp voor inwoners met een beperking wordt vaak goed gewaardeerd, maar sluit niet altijd aan bij hun persoonlijke behoeften. Hulp uit het eigen netwerk past vaak beter bij wat iemand nodig heeft.

Dit blijkt uit de Nivel Monitor Zorg en Participatie 2024. Daarin brengt het Nivel de ervaringen van mensen met een chronische ziekte en mensen met een beperking in kaart. In 2024 lag de focus op de toegankelijkheid van zorg en de geboden ondersteuning, zowel de formele als de informele. In de monitor gaf 20 procent van de mensen met een lichamelijke beperking en 10 procent van de mensen met een verstandelijke beperking aan dat de ondersteuning onvoldoende aansloot op hun behoeften. 

Zorgen

Uit de rapportage komt verder naar voren dat mensen met een chronische ziekte zich ongerust maken over de toekomst van de zorg. Dat geldt vooral voor het tekort aan personeel en de (on)betaalbaarheid van zorg. Bijna de helft van de deelnemers had te maken met zorgkosten die niet werden vergoed, wat leidde tot financiële stress en zorgen over de gezondheid.

Nieuwe wegen bewandelen

Volgens Divosa laat de monitor zien dat het Wmo-aanbod niet altijd overeenkomt met de behoefte van inwoners, terwijl de oplossing niet ingewikkeld hoeft te zijn. Het zou mooi zijn als ondersteuning uit het eigen netwerk uit Wmo-gelden kan worden gefinancierd. De kosten zouden daarmee zelfs omlaag kunnen. Dit vraagt wel een andere manier van denken en handelen. Het Divosa Voorjaarscongres 2025 ‘Over grenzen’ gaat hier dieper op dit soort vraagstukken in.