Aandacht voor kinderarmoede is hard nodig in Almere, stelt Noor Waardijk, pedagoog en projectleider bij de gemeente Almere. Zij is betrokken bij diverse initiatieven om kinderarmoede aan te pakken. Allemaal vanuit de vraag: kunnen de professionals hun werk doen?

In de nieuwe wijken van Almere komen vooral mensen wonen die er geen roots hebben. En dat maakt kwetsbaar, ziet Noor. ‘Ze hebben geen huisarts die hen al jaren kent, geen familie, geen buren die een pan soep neerzetten. Een basisnetwerk ontbreekt, terwijl dat je eerste vangnet is als het even niet goed gaat. Waar familie en buren vroeger konden bijspringen als dat nodig was, blijft de problematiek nu vaak achter de voordeur verborgen. Het percentage huiselijk geweld is nergens in Nederland zo hoog als in Almere.’

Dat kinderarmoede een breed probleem is, wordt lang niet altijd herkend

Woedend of vermoeid

Noor heeft armoede als specialisme. Dat kinderarmoede een breed probleem is, wordt lang niet altijd herkend. ‘Veel mensen zeggen aanvankelijk: nee, daar heb ik nog nooit mee te maken gehad. Tot ik doorvraag. Voel je je wel veilig op straat? Ken je iemand waar is ingebroken? Onveiligheid, jeugdcriminaliteit, schuldenproblematiek; dat heeft er allemaal indirect mee te maken.’ Overal staat volgens Noor druk op de ketel. Ook bij het onderwijs, de eerste zorgschil. ‘Soms zie je dat een kind gaat verzuimen, woedend kan worden of vermoeid is, of niet meedoet met sport of uitjes.’

Noor Waardijk, pedagoog en projectleider bij de gemeente Almere

Armoede op scholen

Daarom heeft het Jeugdeducatiefonds samen met Almeerse scholen de ‘Handreiking omgaan met armoede op scholen’ ingevoerd. Ook Noor was hierbij betrokken. Gevolg is dat armoede op scholen onderwerp van gesprek is, met het kind en de ouders. ‘Hoe gaat het thuis? Is geld een reden waarom iets niet kan? Die vragen worden vaker gesteld. Natuurlijk is er schaamte, maar we blijven het zo wel bespreekbaar maken.’ Ook de tweede zorgschil doet mee. ‘Met buurtsportcoaches en kinderopbouwwerk. De samenwerking is nog echt in opbouw, net als de wijk, maar de bereidheid om mee te werken is geweldig.’

Het bouwen van een organisatienetwerk om kinderarmoede aan te pakken – wat we in Almere webbing zijn gaan noemen – is een hele slimme manier om de zorgverlener te ondersteunen 

Snel verloop frustreert enorm

Tegelijkertijd signaleert Noor dat de uitval bij professionals hoog is. ‘De werkdruk is hoog, er zijn meer hulpvragen dan ze aankunnen, ze voelen zich overvraagd. Tijdarmoede, noem ik dat. Hulpverleners kiezen dan vaker voor een quick fix, het langetermijnperspectief is kwijtgeraakt. Interessant, want het is dezelfde reactie die je ziet bij mensen die in armoede leven: die zijn ook bezig om de dag door te komen.’ Daarom zocht ze naar manieren om uitval te voorkomen bij professionals. ‘Een snel verloop van hulpverleners frustreert enorm. Een nieuwe hulpverlener bij een kwetsbaar gezin moet immers vanaf nul weer een vertrouwensband gaan opbouwen.’

Het project van Divosa, het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ), het Jeugdeducatiefonds, Sterk uit Armoede en Sociaal Werk Nederland (zie kader, red.) kwam daarbij als geroepen. ‘Het bouwen van een organisatienetwerk om kinderarmoede aan te pakken – wat we in Almere webbing zijn gaan noemen – is een hele slimme manier om de zorgverlener te ondersteunen. Ik ben heel blij dat we in 2022 in Almere met het project konden starten.’ 

Het idee is dat mensen elkaar inschakelen: ik kom er niet uit, wat denk jij?

Simpel en doeltreffend

Het idee van webbing in Almere is even simpel als doeltreffend: het is een organisatienetwerk van mensen in het sociaal domein, elk met hun eigen expertise. Dit nieuwe web moet de professionals ontlasten. ‘Het idee is dat mensen elkaar inschakelen: ik kom er niet uit, wat denk jij? Dan hoef je je kostbare tijd niet te besteden om het zelf uit te zoeken en is een vraag sneller opgelost.’

Het doel is te groeien naar zo’n vijftig webbers. De reacties tot nu toe zijn heel enthousiast. Fantastisch natuurlijk, beaamt ze. ‘En zo divers: variërend van een wijkpastor en een beheerder van een buurtcentrum die alles en iedereen kennen tot een beleidsmedewerker sport en een programmamaker cultuur. Het zijn mensen die warmlopen voor een hulpvraag.’

Drie mensen vragen

De aanpak is vergelijkbaar met de kettingbrief van vroeger, vertelt Noor. ‘Alle deelnemers aan het project hebben drie mensen gevraagd die ze er graag bij wilden hebben, die plezier hebben in het zoeken naar oplossingen. Die vragen ook weer drie mensen. Met als grote voordeel dat je zo een netwerk van mensen krijgt, niet van organisaties. Het is zo stevig, omdat je gebruikmaakt van bestaande contacten; je weet wat je aan mensen hebt.’

Hulpverleners moeten weer een langetermijnperspectief voor ogen krijgen

Hoe het web in de praktijk gaat werken, dat gaan de webbers samen bedenken. In mei 2023 vindt een eerste web-bijeenkomst plaats. Noor is ervan overtuigd dat al deze randvoorwaarden gaan helpen bij een werkbare aanpak van kinderarmoede. ‘Hulpverleners moeten weer een langetermijnperspectief voor ogen krijgen. Er is geen quick fix voor kinderarmoede.’

Dit verhaal is één van de vijf verhalen die horen bij de publicatie ‘Lokaal samenwerken in de aanpak van kinderarmoede’, een praktisch draaiboek om aan de slag te gaan met een sterke samenwerking tussen organisaties en professionals. Je vindt het draaiboek hier.